210 auto’s beschikbaar

Historie

 

De ondertekening van een overeenkomst tussen de Spaanse overheid en het Italiaanse merk Fiat markeerde het begin van de Spaanse autoindustrie. Daarmee werd in 1950 Seat opgericht, de Spaanse Organisatie van Personenauto's, of in het Spaans: Sociedad Española de Automóviles de Turismo. Sinds 1990 heeft de Volkswagen Groep nagenoeg alle aandelen in handen. Binnen het moederbedrijf is Seat, met Skoda, Audi en Lamborghini, ondergebracht in de Audi-merkengroep.

 

 

Model 600

 

De Spaanse autoproductie begon in 1953 met het model 1400, een kopie van de middenklasser Fiat 1400. De sedan diende als taxi en voor het vervoer voor ambtenaren. Tot 1964 bouwde Seat bijna honderdduizend stuks. De echte marktvraag kwam op gang in 1957, toen Seat het model 600 introduceerde. Omdat de Spaanse autoindustrie nog niet zo ontwikkeld was, had deze in licentie gebouwde Fiat 600 in Spanje veel meer succes dan in Italië. In 1958 was er al een wachtlijst van honderdduizend stuks. Met een gemiddelde productie van vijf autootjes per dag lag de levertijd op 4 jaar.

 

In die tijd waren buitenlandse auto's erg duur door de hoge invoerrechten. Daardoor zag men in Spanje vrijwel geen personenauto's van een ander merk dan Seat. In het land werd toen de grap verteld dat er twee groepen weggebruikers waren: de peatones (voetgangers) en de seatones. Pas vanaf 1965 exporteerde Seat auto's naar het buitenland. In 1973 stopte de model 600-productie. Er zijn er bijna 800.000 gefabriceerd.

 

 

Volkswagen

 

De productie van in licentie gefabriceerde Fiats ging door tot na 1980, toen het Italiaanse bedrijf het contract opzegde vanwege de problemen die de oliecrisis veroorzaakte. Seat paste het uiterlijk van de Fiat Ritmo zodanig aan dat ze niet kon worden aangeklaagd wegens patentmisbruik, en bracht de auto uit als Seat Ronda. Dit was het eerste Seat-model dat in Nederland (1983) op de markt kwam. 30 jaar later zijn hier meer dan 360.000 Seat-modellen verkocht.

 

Dat gebeurde binnen een nieuw samenwerkingsverband, met Volkswagen, vanaf 1982. Tegen 1985 had de VW Groep 51 procent van de aandelen in handen. Nu konden eigen Seat-ontwerpen verschijnen. Deze kregen in de meeste gevallen de naam van een Spaanse stad of locatie. Het eerste geheel eigen model, uit 1984, werd Ibiza gedoopt - een verwijzing naar het eiland dat populair was onder de jonge mensen die tevens de doelgroep vormden voor de auto. De eerste generatie Seat Ibiza was ontwikkeld met hulp van bekende designhuis-carrosseriebouwers, waaronder Italdesign-Giuigiaro en Karmann. Het was een hatchback met veel binnenruimte waarvan de buitenmaten toch compact bleven.

 

 

Ibiza en Leon

 

De Ibiza was vanaf het begin een verkoophit. Bij het 30-jarig jubileum (in 2014) waren wereldwijd al circa 5 miljoen exemplaren verkocht. Nog steeds is het de Ibiza die 40 procent van de verkopen bij Seat op naam schrijft. De kwaliteit van de tweede generatie Ibiza, die door de Volkswagen Groep ontwikkeld werd, maakte een grote sprong. De steeds grotere motorkeuze was een andere factor die bijdroeg aan de populariteit. Seat kon de auto nu produceren in een nieuwe fabriek (1993) in Martorell, nabij Barcelona, waar tevens het hoofdkantoor gevestigd werd.

 

In 1999 introduceerde Seat een wat grotere hatchback met een coupé-uitstraling, de Seat Leon. Deze auto stond op hetzelfde onderstel als de vierde generatie Volkswagen Golf, maar had een sportievere afstelling en completere uitrusting. In Nederland zorgde het model in het eerste verkoopjaar (2000) voor een verkooprecord bij Seat, met circa 24.250 afgezette auto's.

 

De Ibiza en Leon verschijnen heden in drie carrosserievarianten: naast de hatchback ook als sportcoupé (de driedeurs SC) en stationwagon (ST). De Ecomotive-uitvoeringen zijn het zuinigst en stoten de minste CO2 uit. Aan de andere kant van het spectrum heb je de sportieve FR en de de Cupra-performanceversie. Het Spaanse merk biedt inmiddels een uitgebreid modelgamma, van de stadsauto Mii tot de SUV's Arona en Ateca. Sommige modellen delen hun platform (motorisering et cetera) met dat van andere modellen van het VW-concern.

 

 

Seat Sport en Cupra

 

De zwart-geel gespoten taxi's in Barcelona dragen de bijnaam 'Rallying Taxis'. Dat komt omdat dezelfde kleuren door Seat gedragen worden sinds het merk zich in 1971 in de rallysport begaf. In 1985 werd Seat Sport gevormd, de motorsportdivisie die vooral bekend is van deelname aan het World Touring Car Championship (WTCC) en aan het World Rally Championship (WRC).

 

De eerste wereldtitel, het WK Rally, werd in 1996 behaald met de Ibiza Kit Car. Om de jonge, sportieve klanten nog meer te bieden besloot Seat een performancelabel te introduceren: Cupra, een samenvoeging van 'cup' en 'racing'. Onder deze naam worden Seat-straatauto's aangeboden die serieuze sportwagenprestaties en scherpe rijeigenschappen hebben plus een sportief design. De Kit Car-tweelingbroer Seat Ibiza 2.0 met 150 pk mocht als eerste het Cupra-embleem dragen.

 

In het jaar 2000 volgden de Leon en Cordoba Cupra. De meest extreme Seat stamt eveneens uit dat jaar: de Ibiza Cupra R 1.8 20VT. De Seat Leon ST is de snelste productie-stationwagon die op de markt verkrijgbaar is. In 2015 zette het merk er een ronderecord mee op de Nürburgring van 7 minuten en 58,12 seconden.

 

Oorspronkelijk werkten Seat Sport en het Seat Technical Center samen aan de Cupra-modellen, tegenwoordig is het de volledige verantwoordelijkheid van laatstgenoemde partij. Zo kan de sporttak zich concentreren op de eigen kampioenschappen zoals de Leon SuperCopa. In Nederland runde de importeur jarenlang een eigen WTCC-team, Seat Team Holland met coureur Tom Coronel achter het stuur van een tweede generatie Toledo.

 

In 2018 besloot Seat 'Cupra' als zelfstandig model op de markt uit te brengen. Onder dit sportieve label is de primeur weggelegd voor de Ateca.

 

 

Technology to Enjoy

 

Het Seat Technical Center (STC) bewaakt de eigen identiteit en het design van Seat binnen de Volkswagen Groep. Daarnaast ontwikkelt het conceptcars, productiemodellen en technologie; ook voor de zustermerken. Tegenwoordig werkt het bijvoorbeeld aan Car-2-Car, de communicatie tussen auto's onderling om bijvoorbeeld autonoom rijden mogelijk te maken. Daarnaast vormt de ontwikkeling van hybride en volledig elektrische modellen een van de hedendaagse projecten. Ook de snelle brandstofmodellen dienen minder milieubelastend te worden: 'Make haste, not waste', zo zeggen ze in Martorell.

 

Seat legt deze verantwoordelijkheid niet geheel bij de automobilisten. Het hanteert als fabrikant een lange-termijn duurzaamheidsplan. Het basisprincipe luidt 'prevention before reduction, reduction before re-use, and re-use before recycling'. Ofwel: liever (afval) voorkomen dan reduceren, liever reduceren dan nogmaals gebruiken, en liever nogmaals gebruiken dan hergebruiken. Seat past dit principe toe op materialen, productieprocessen, de omgeving en de auto's die ze aflevert.

 

In de Martorell-fabriek rollen iedere dag zo'n tweeduizend auto's van de band. Tweederde van de productie wordt geëxporteerd naar landen binnen Europa. Anno 2010 had Seat meer dan zestien miljoen auto's geproduceerd. Seat heeft aangekondigd de huidige productie te willen verdubbelen tot 800.000 auto's per jaar vóór 2018.

 

Het bedrijf zal een groot aantal nieuwe en vernieuwde modellen lanceren vanuit de visie 'Technoloy to Enjoy': de perfectionistische Duitse techniek van Volkswagen tot leven brengen met Spaanse passie in design en rij-eigenschappen. Wereldwijd beschikt Seat over ruim drieduizend verkoop- en servicepunten, in meer dan zeventig landen.